Ik schrijf u deze persoonlijke boodschap op 2 augustus 2023. Het is vandaag Earth Overshoot Day. Dat is de dag waarop de mensheid alles heeft opgebruikt wat de Aarde in dat kalenderjaar kan produceren. Vanaf die dag ‘leven we op de pof’. De eerste keer dat de mensheid méér had verbruikt dan de wereld kon leveren was op 25 december 1971. Toen was ik elf jaar oud. Het was een schok voor mij toen ik me dat vandaag realiseerde. Toen ik klein was kon onze planeet nog iedereen voeden en we hielden zelfs over.
Ieder jaar verdwijnt er 24 miljard ton vruchtbare grond door ontbossing en overbegrazing. Het aantal wilde dieren op onze planeet is sinds 1970 meer dan gehalveerd. Sinds 1500 zijn er 617 gewervelde diersoorten uitgestorven, waarvan 477 (77%) in de laatste 100 jaar. Op dit moment wordt er nog eens 41% van alle reptielen en 15% van alle zoogdieren met uitsterven bedreigd. Dit is alarmerend en het is heel begrijpelijk dat er groepen als Extinction Rebellion opstaan. Helaas komen ze wel met waarschuwingen en acties, maar niet met haalbare oplossingen.
Volgens de website www.activesustainability.com verbruikt 20% van de mensheid 80% van alle hulpbronnen. Die 20% leven in het Midden Oosten (Qatar, Bahrein, Koeweit), de USA, Canada en West Europa. Landen als Jamaica, Indonesië en Marokko doen het véél beter. Het verbruik van hun inwoners is vergelijkbaar met dat van de allerarmste landen, zoals Benin en Zuid Soedan. Maar zelfs die landen verbruiken per inwoner een week tot een maand méér dan wat de Aarde in een jaar opbrengt. Niet één land heeft een ecologische voetafdruk die kleiner is dan wat de wereld aankan.
In binnen- en buitenland verschijnen vandaag tientallen krantenartikelen. Daarin staat steevast dat, als de mensen in de Westerse landen wat minder vlees zouden gaan eten en wat minder met het vliegtuig op vakantie zouden gaan, we die World Overshoot Day 25 tot 35 dagen verder naar het eind van het jaar kunnen brengen. Als de hele mensheid bereid is om een levensstandaard als die in Indonesië of Marokko te accepteren, dan nog verbruiken we per persoon méér grondstoffen dan in 1970.
Er is namelijk een achterliggend probleem. Dat is het dogma dat economische groei de motor is van de economie. Maar oneindige groei bestaat niet. Zoals in onze “Positio” wordt uitgelegd, moeten we naar een ander economisch model. Eentje waarin niet uitgegaan wordt van groei, maar van cyclisch gebruik. Dit kàn niet grootschalig. Grootschaligheid leidt onherroepelijk tot verspilling, hebzucht en menselijke fouten. Een model waarin men ook rekening houdt met dat er nou eenmaal gebieden in de economie zijn die inherent geld zullen kosten (onderwijs, gezondheidszorg, infrastructuur, e.d.). Die horen geen winstoogmerk opgelegd te krijgen. De prijs van een product of dienst moet niet bepaald worden door vraag en aanbod, maar door wat het product moet kosten om de mensen die het hebben gemaakt een menswaardig bestaan te bieden, zonder degenen die het aanschaffen te benadelen. En dat kan alleen als er geen winstoogmerk is. Er zijn inmiddels genoeg voorbeelden van circulaire projecten, zoals bijvoorbeeld de Herenboerderijen waarin 200 huishoudens gezamenlijk een boerderij kopen om hun eigen voedsel te verbouwen.
Een ander probleem wordt wel eens ‘de olifant in de kamer’ wordt genoemd, omdat niemand het er over wil hebben. De Club van Rome zei het 50 jaar geleden al: er zijn te veel mensen. Toen waren wij met 4 miljard, nu al met 8 miljard en het neemt alleen maar toe. We vissen de zee leeg. We moeten wel want anders verhongeren we. We blijven maar fossiele brandstoffen opstoken. We moeten wel want anders zit iedereen zonder energie. We kappen de bossen. We moeten wel omdat er zoveel voedsel moet worden geproduceerd. We bouwen op de verkeerde plaatsen. We moeten wel want er is elders niet genoeg plek meer. Zolang wij ons blind staren op symptoombestrijding (minder zure regen, sluiting van het gat in de ozonlaag, minder CO2,
minder stikstofuitstoot) veranderen we niets aan de achterliggende oorzaak.
Ook voor dit probleem is de oplossing bekend. Als er gemiddeld twee kinderen per gezin geboren worden, neemt de wereldbevolking geleidelijk, maar gestaag af. Gelukkig is dat veel minder moeilijk dan men denkt. Het is een welbekend feit dat welvaart en onderwijs voor meisjes overal ter wereld leidt tot een afname van het aantal geboorten. In Westerse landen heeft de bevolkingspiramide daardoor inmiddels de vorm van een potlood. Kijk naar onze eigen Jurisdictie. In Nederland en België neemt de bevolking alleen maar toe door immigratie, niet meer door geboortes. Maar in Suriname is meer dan een kwart van de bevolking jonger dan 15.
Overigens is dit allemaal geen reden voor pessimisme. We hoeven niet bang te zijn dat we alle leven op aarde onmogelijk maken. De planeet heeft ergere crises overleefd. Maar als we doorgaan zoals nu, dan maken we het voor onze kinderen en kleinkinderen wel veel moeilijker. En, voor wie daarin gelooft, voor onze eigen toekomstige incarnaties. De beschaving zal op den duur wellicht instorten, net zoals Atlantis en het Oude Rome. Maar ook dat is de natuur. Het oude maakt altijd plaats voor het nieuwe. Laten wij nu de zaden planten waaruit een nieuwe cultuur kan opgroeien.