14 augustus 2020

Sinds de Corona uitbraak schrijf ik u extra brieven die per email gestuurd worden naast de gebruikelijke PeeBee (persoonlijke brief) die bij de Mededelingen van de Grootloge is gevoegd. Deze brieven worden met een beetje vertraging ook gepubliceerd op de website van AMORC.
Omdat er in juli geen leszending is, heb ik vorige maand ook geen PeeBee geschreven. U hebt daarom al te lang niets meer van mij gehoord. Er is natuurlijk heel veel gebeurd in de wereld, waaronder een afschuwelijke ramp in Beiroet. Ik ga er van uit dat ieder lid dat zich afstemt op de Raad van Troost hier, net als ik, ook de duizenden gewonden en tienduizenden die hun huis kwijt zijn in meeneemt.

De mensheid is één geheel. Of wij het er ons nu bewust van zijn of niet, alle mensen zijn broeders en zusters. In de Joodse mystiek spreekt men van over Adam Kadmon. Daarmee bedoelen zij de mensheid als geheel. Iedere individuele mens is als het ware een cel in het grote organisme dat wij mensheid noemen. Als een deel van ons iets overkomt, overkomt het ons allemaal. Hoe komt het dan, dat wij niet doorhebben hoe de mensheid lijdt, hoe de wereld lijdt?
Dat is omdat het Kosmische alleen positieve, opbouwende gedachten doorlaat. Daarom zijn wij ons niet vanzelf bewust van al het leed in de wereld. En dat is maar goed ook, want dat zouden wij niet aankunnen. Zelfs als wij ons afstemmen op het Kosmisch Bewustzijn krijgen wij alleen datgene door, wat goed voor ons is. Alleen het leed dat in onze directe omgeving gebeurt, wat wij zelf waarnemen, raakt ons direct. Tweehonderd jaar geleden zou zo een ontploffing pas na weken bij ons in de krant hebben gestaan. Het bleef toen abstracte kennis waarover men las.

Door de moderne media weten wij tegenwoordig vrijwel direct wat er aan de andere kant van de Aarde gebeurt. Wij worden meteen bewust gemaakt van iedere aanslag, van alle natuurgeweld, van iedere rampzalige gebeurtenis. De aandachtsspanne van de media is kort en het nieuws over de ramp in Beiroet is alweer ondergesneeuwd door een lekkende olietanker en rellen in Wit Rusland. Het lijkt soms alsof de rampspoed maar niet ophoudt. Het lijkt zelfs alsof het alleen maar erger wordt. Dit vraagt om een enorme compassie. Alles raakt ons meteen. En het gevaar bestaat dat we daar moedeloos van worden. Wij zijn ons nu bewust van zo veel meer dan wat wij in vroeger tijden konden weten. Maar mentaal kunnen wij dat nog niet zo goed aan.
Toch is deze vergroting van onze horizon wel een goede zaak. Omdat er zo een groot beroep gedaan wordt op onze compassie, is de gemiddelde mens van nu veel minder hardvochtig dan de mensen van honderd jaar geleden.

Met de beste wensen voor een goede gezondheid,
Michiel Schillhorn